typen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  typen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈtipə(n)/ (2 lettergrepen); /ˈtɛɪ̯.pə(n)/
Woordafbreking
  • ty·pen
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engelse type, in de betekenis van ‘met schrijfmachine schrijven’ voor het eerst aangetroffen in 1911 [1] [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
typen
typte
getypt
zwak -t volledig

Werkwoord

typen

  1. door middel van een toetsenbord gegevens invoeren
Opmerkingen
  • In samenstellingen wordt de stam van dit werkwoord gespeld als type (bijv. typefout).
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

detypenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord type
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord typen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.