uitkijkt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uitkijkt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • uit·kijkt

Werkwoord

vervoeging van
uitkijken

uitkijkt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkijken
    • ... dat jij uitkijkt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkijken
    • ... dat hij uitkijkt. 
     Ik ben duidelijk geen waaghals maar, bedacht ik ineens, als je niet uitkijkt vliegt het leven voorbij zonder dat je het door hebt.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord uitkijkt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.