vedelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vedelen    (hulp, bestand)
  • IPA: ˈvedələ(n)
Woordafbreking
  • ve·de·len
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vedelen
vedelde
gevedeld
zwak -d volledig

Werkwoord

vedelen

  1. inergatief (muziek) op een vedel spelen
    • Op de muziekbijeenkomst voor Oude Muziek werd uitbundig gevedeld en kromhoorn gespeeld. 
  2. inergatief (muziek) met een viool volksmuziek spelen, al of niet voor geld
    • Nooit heeft hij 't brood gebedeld,
      Ofschoon dat meerder won;
      Hij heeft er om gevedeld
      Tot hij 't ontberen kon.[1]
       

Gangbaarheid

  • Het woord vedelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
23 %van de Nederlanders;
29 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Een speelman
    P.J. v.d. Noordaa
    Zaanlandsch jaarboekje voor het jaar 1853.
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.