vergemakkelijken
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vergemakkelijken (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·ge·mak·ke·lij·ken
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van gemakkelijk met het voorvoegsel ver-
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vergemakkelijken |
vergemakkelijkte |
vergemakkelijkt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
vergemakkelijken
- overgankelijk iets eenvoudiger of makkelijker maken
- Het internet vergemakkelijkte de verspreiding van informatie.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord vergemakkelijken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vergemakkelijken" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.