vis uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vis uit    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vis uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitvissen

vis (...) uit

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvissen
    • Ik vis uit. 
  2. gebiedende wijs van uitvissen
    • Vis uit! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvissen
    • Vis je uit? 

Gangbaarheid

  • Het woord vis uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.