voorkomend

Nederlands

Uitspraak

(klemtoonhomogram)

  • Geluid:  vóórkomend    (hulp, bestand)
    • IPA: /ˈvorkomənt/ (3 lettergrepen)
  • Geluid:  voorkómend    (hulp, bestand)
    • IPA: /vorˈkomənt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • voor·ko·mend
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: voorkomen
verbogen vorm: voorkomende

vóórkomend

  1. onvoltooid deelwoord van vóórkomen
stellend
onverbogen voorkomend
verbogen voorkomende

Bijvoeglijk naamwoord

vóórkomend

  1. (sport) een voorsprong behalend
  2. gebeurend, zich voordoend

Werkwoord

vervoeging van: voorkomen
verbogen vorm: voorkomende

voorkómend

  1. onvoltooid deelwoord van voorkómen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen voorkomendvoorkomendervoorkomendst
verbogen voorkomendevoorkomenderevoorkomendste
partitief voorkomendsvoorkomenders-

Bijvoeglijk naamwoord

voorkomend

  1. hoffelijk, vriendelijk

Gangbaarheid

  • Het woord voorkomend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.