weck

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  weck    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • weck

Werkwoord

vervoeging van
wecken

weck

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wecken
    • Ik weck. 
  2. gebiedende wijs van wecken
    • Weck! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wecken
    • Weck je? 

Gangbaarheid

  • Het woord weck staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
50 %van de Nederlanders;
27 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.