woedend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  woedend    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwudənt/ (2 lettergrepen); /'ʋudənt/
Woordafbreking
  • woe·dend
Woordherkomst en -opbouw
  • Onvoltooid deelwoord van woeden.
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen woedendwoedenderwoedendst
verbogen woedendewoedenderewoedendste
partitief woedendswoedenders-

Bijvoeglijk naamwoord

woedend

  1. bijzonder boos, heel erg kwaad
     Maar tegelijk voelt de mens zich ook bezorgd, woedend en angstig.[1]
    • Zijn woedende vader gaf hem een week huisarrest. 
    • Wanneer iemand woedend is wordt dat gezien als een graadje erger na kwaad zijn en twee graden erger dan boos zijn. 
Schrijfwijzen
  • In bijdrage op internetfora en in digitale persoonlijke berichten wordt soms opzettelijk de spelling "weodend" gebruikt als nabootsing van een uit opwinding gemaakte spelfout.
Verwante begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van: woeden
verbogen vorm: woedende

woedend

  1. onvoltooid deelwoord van woeden

Gangbaarheid

  • Het woord woedend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “Hoe overleef ik de moderne wereld” (2022), Atlas Contact , ISBN 9789045045979
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.