zedeloos

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zedeloos    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ze·de·loos
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van zede met het achtervoegsel -loos
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen zedelooszedelozerzedeloost
verbogen zedelozezedelozerezedelooste
partitief zedelooszedelozers-

Bijvoeglijk naamwoord

zedeloos

  1. zonder normen en waarden met name wat betreft de seksualiteit
    • Het is daar een zedeloze bende. 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord zedeloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
88 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.