zend af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zend af    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zend af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afzenden

zend af

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzenden
    • Ik zend af. 
  2. gebiedende wijs van afzenden
    • Zend af! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afzenden
    • Zend je af? 

Gangbaarheid

  • Het woord zend af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.