zijzelf

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zijzelf    (hulp, bestand)
  • IPA: /zɛɪ'zɛlf/
Woordafbreking
  • zij·zelf
Woordherkomst en -opbouw

Persoonlijk voornaamwoord

zijzelf

  1. versterkte vorm van zij v enk
    • Zijzelf is hier nooit geweest. 
  2. versterkte vorm van zij mv
    • Zijzelf hebben daar niet aan deelgenomen. 

Gangbaarheid

  • Het woord zijzelf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.