zwijgzame

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwijgzame    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • zwijg·za·me

Bijvoeglijk naamwoord

zwijgzame

  1. verbogen vorm van de stellende trap van zwijgzaam
     Hij onderdrukte de neiging om op te staan en tegen Stigman en de zwijgzame dame van het Openbaar Ministerie te zeggen dat ze het rambam konden krijgen, Eva mee de kamer uit te sleuren en naar huis te gaan.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord zwijgzame staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Håkan Nesser
    “Herfst op Gotland” (2021), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044535624
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.