zwoor uit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwoor uit (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zwoor uit
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitzweren |
zwoor (...) uit
- enkelvoud verleden tijd van uitzweren
- Ik zwoor uit.
- Jij zwoor uit.
- Hij, zij, het zwoor uit.
- Ik zwoor uit.
Gangbaarheid
- Het woord zwoor uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.