mana

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  mana    (hulp, bestand)
  • IPA: /'mana/
Woordafbreking
  • ma·na
Woordherkomst en -opbouw
  • komt voor in meerdere Oceanische talen [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord mana
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetmanao

  1. (religie) een bovennatuurlijke kracht die volgens Polynesiërs al het bestaande bezielt
  2. aanduiding voor magische vermogens in fantasy literatuur en computerspellen

Gangbaarheid

  • Het woord 'mana' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Indonesisch

Woordafbreking
  • ma·na

Vragend voornaamwoord

mana

  1. welk
    «Tuan mau buku mana
    Welk boek wenst u?
  2. (voorafgegaan door di, dari, of ke) waar, waarvandaan, waarheen
    «Di mana pena saya?»
    Waar is mijn pen?
    «Engkau dari mana?»
    Waar komt U vandaan?
    «Mau ke mana»
    Waar wil je heen?
  3. hoe
    «Mana dia tahu?»
    Hoe moest hij dat weten?

Betrekkelijk voornaamwoord

mana

  1. waar
    «Di mana ada asap, di situ ada api»
    Waar rook is, is vuur.
    «di mana mungkin»
    waar mogelijk
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

mana

  1. manna

Lets

1e persoonenkelvoudmeervoud
naamvalmvmv
nominatiefmansmanamanimanas
genitiefmanamanasmanumanu
datiefmanammanaimaniemmanām
accusatiefmanumanumanusmanas
instrumentalismanumanumaniemmanām
locatiefmanāmanāmanosmanās
vocatiefmansmanamanimanas

Bezittelijk voornaamwoord

mana

  1. mijn, van mij (bij het enkelvoud van een mannelijk woord in de genitief of van een vrouwelijk woord in de nominatief of vocatief)

Pools

Uitspraak
  • IPA: /mãna/

Zelfstandig naamwoord

mana

  1. mana; magische energie

Meer informatie

Quechua

Bijwoord

mana

  1. nee

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
manar

mana

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van manar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van manar

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /mana/
Woordafbreking
  • ma·na
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Latijnse manna

Zelfstandig naamwoord

mana v

  1. mana; magische energie
Afgeleide begrippen
  • manový

Meer informatie

Verwijzingen

    Zelfstandig naamwoord

    mana

    1. genitief meervoud van man
    2. accusatief meervoud van man