telwoord
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: telwoord (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tel·woord
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tel ww en woord
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | telwoord | telwoorden |
| verkleinwoord | telwoordje | telwoordjes |
Zelfstandig naamwoord
het telwoord o
- (grammatica) een woordsoort dat een aantal of een rangnummer aanduidt
Hyponiemen
- hoofdtelwoord, rangtelwoord, onbepaald hoofdtelwoord, onbepaald rangtelwoord, vragend telwoord, verdelingsgetal
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord telwoord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "telwoord" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 98 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be