Hollander

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  Hollander    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • Hol·lan·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Hollander Hollanders
verkleinwoord Hollandertje Hollandertjes

Zelfstandig naamwoord

deHollanderm

  1. (demoniem) iemand afkomstig uit of wonend in Noord- of Zuid-Holland
  2. (demoniem) Nederlander
     Zelf had ik in mijn hele leven nog nooit een joint aangeraakt. Het werd me hier vaak aangeboden en iedereen keek altijd er altijd vreemd van op als juist de enige Hollander van de groep bedankte.[1]
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • hollandermop
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord Hollander staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.