Wener
| Niet te verwarren met: wener |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Wener (hulp, bestand)
Woordafbreking
- We·ner
Woordherkomst en -opbouw
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | Wener | Weners |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de Wener m
- (demoniem) een inwoner van Wenen, of iemand afkomstig uit Wenen
Verwante begrippen
| Demoniemen bij Wenen in het Nederlands | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
inwoner: Wener • inwoonster: Weense, Wenerin • bijvoeglijk: Weens, Wener | |||||||||||
| stellend | |
|---|---|
| onverbogen | Wener |
| verbogen | - |
Bijvoeglijk naamwoord
Wener
- (demoniem) op Wenen betrekking hebbend
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord Wener staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.