aanbreien

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanbreien    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈambrɛijə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·brei·en
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanbreien
breide aan
aangebreid
zwak -d volledig

Werkwoord

aanbreien

  1. overgankelijk door breien iets toevoegen
    • Het logo werd aangebreid aan de trui. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aanbreien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
58 %van de Nederlanders;
74 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.