aangeduid
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aangeduid (hulp, bestand)
- IPA: / ˈaŋɣəˌdœyt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·ge·duid
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van aanduiden: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van aan bw en geduid ww
Werkwoord
vervoeging van: | aanduiden… |
verbogen vorm: | aangeduide |
aangeduid
- voltooid deelwoord van aanduiden
stellend | |
---|---|
onverbogen | aangeduid |
verbogen | aangeduide |
partitief | aangeduids |
Bijvoeglijk naamwoord
- van iets of iemand dat die aangewezen is
- - Wij moesten in de aangeduide richting verder lopen.
Gangbaarheid
- Het woord aangeduid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aangeduid" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.