aankakken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aankakken    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈaɲkɑkə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·kak·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aankakken
kakte aan
aangekakt
zwak -t volledig

Werkwoord

aankakken

  1. volks (alleen in spreekwoorden)
Uitdrukkingen en gezegden
  • komen aankakken
met weinig energie erbij komen

Gangbaarheid

  • Het woord aankakken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
86 %van de Nederlanders;
45 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.