aanspreekbaarheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanspreekbaarheid    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈanspreɡbarhɛit/ (4 lettergrepen)
  • IPA: /ˈanspregbarɦɛɪ̯t/
Woordafbreking
  • aan·spreek·baar·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aanspreekbaarheid aanspreekbaarheden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deaanspreekbaarheidv

  1. de mate van het aanspreekbaar zijn
    • De aanspreekbaarheid van medewerkers is gelukkig groot. 

Gangbaarheid

  • Het woord aanspreekbaarheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.