aanwinnen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanwinnen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈaɱwɪnə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aan·win·nen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanwinnen
won aan
aangewonnen
klasse 3 volledig

Werkwoord

aanwinnen

  1. overgankelijk gebiedswinst boeken door verlanding
    • Daarbij werd ze uitstekend geholpen door Sliedrechters die op genoemde oever voortdurend land aanwonnen voor riet- en griendcultuur. 
  2. overgankelijk iets nieuws verwerven
    • Zij wonnen daardoor veel nieuwe leden aan. 

Gangbaarheid

  • Het woord aanwinnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
82 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.