aapje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aapje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈapjə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • aap·je
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van  aap zn  met het achtervoegsel -je [1] [2]
  • [2] een verwijzing naar de gekleurde kostuums van de koetsiers, in de betekenis van ‘huurrijtuig’ voor het eerst aangetroffen in 1880 [3]
[2] enkelvoud meervoud
naamwoord - -
verkleinwoord aapje aapjes

Zelfstandig naamwoord

hetaapjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aap
     Hij beweerde dat als de omstandigheden goed waren, als het aapje rustig was en de teugels goed aangereikt kreeg, het kon paardrijden op de Deense dog.[4]
  2. alleen verkleinwoord (geschiedenis) (verkeer) huurrijtuig in Amsterdam
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aapje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.