abbeißen
Duits
Uitspraak
- Geluid: abbeißen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈapbaisən /
Woordafbreking
- ab·bei·ßen
Woordherkomst en -opbouw
- Afleiding van het Duitse werkwoord beißen met het voorvoegsel ab-
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
abbeißen |
biss ab |
(hat) abgebissen |
Klasse 1 sterk | volledig | scheidbaar |
Werkwoord
abbeißen
Schrijfwijzen
- (in Liechtenstein en Zwitserland) abbeissen
Hyperoniemen
- beißen
Verwante begrippen
- anbeißen
- ausbeißen
- sich verbeißen
- zerbeißen
- zubeißen
Uitdrukkingen en gezegden
- Da beißt die Maus keinen Faden ab.
Daar is niets meer aan te doen.
op zijn nagels bijten
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.