acrobaatje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  acrobaatje    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • acro·baat·je

Zelfstandig naamwoord

hetacrobaatjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord acrobaat
enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord acrobaatje acrobaatjes

Zelfstandig naamwoord

hetacrobaatjeo dim. tant.

  1. (zangvogels) Acrobatornis fonsecai  een zangvogel uit de familie Furnariidae  (ovenvogels)
Synoniemen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord acrobaatje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.