afbottelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afbottelen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·bot·te·len
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afbottelen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afbottelen
bottelde af
afgebotteld
zwak -d volledig
  1. wijn, bier of andere dranken in flessen doen
  2. vaten ledigen door de inhoud in flessen te doen

Gangbaarheid

  • Het woord 'afbottelen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.