afnijpen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afnijpen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·nij·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afnijpen
neep af
afgenepen
klasse 1 volledig

Werkwoord

afnijpen

  1. overgankelijk afknijpen, afknippen, doorknippen
    • Tijdens de oorlog werden veel telefoondraden afgenepen. 

Gangbaarheid

41 %van de Nederlanders;
78 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.