afraggen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afraggen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·rag·gen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afraggen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afraggen
ragde af
afgeragd
zwak -d volledig
  1. iets te snel on onzorgvuldig afwerken
  2. (wielrennen) zonder nadenken, keihard een wielerkoers uitrijden

Gangbaarheid

  • Het woord afraggen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.