afslager

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afslager    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·sla·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord afslager afslagers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deafslagerm

  1. iemand die de verkoop van goederen op een veiling regelt
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord afslager staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
36 %van de Nederlanders;
42 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.