aftrommelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aftrommelen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·trom·me·len
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

aftrommelen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aftrommelen
trommelde af
afgetrommeld
zwak -d volledig
  1. iets in het openbaar verkondigen na eerst met een trommel de aandacht te hebben getrokken
  2. iemand hard slaan
  3. (muziek) op een haastige, onzorgvuldige manier pianospelen
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'aftrommelen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.