afvinken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afvinken    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·vin·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afvinken
vinkte af
afgevinkt
zwak -t volledig

Werkwoord

afvinken

  1. overgankelijk met een V-tje markeren als iets gecontroleerd en goed bevonden is
     Het beeld zou daar niet blijven, dat wist ik wel, maar ik had altijd de schets nog en ik kon dit huis van het lijstje afvinken en doorgaan naar het volgende.[1]
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord afvinken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Amanda Dykes
    “De vondeling van Venetië” (2023), KokBoekencentrum Uitgevers, ISBN 9789029735353
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.