afzuipen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afzuipen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • af·zui·pen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afzuipen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afzuipen
zoop af
afgezopen
klasse 2 volledig
  1. zich afmatten door te veel alcohol te drinken

Gangbaarheid

  • Het woord 'afzuipen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
56 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.