alzheimer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  alzheimer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • alz·hei·mer
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘een bepaalde ziekte’ voor het eerst aangetroffen in 1919 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord alzheimer alzheimers
verkleinwoord alzheimertje alzheimertjes

Zelfstandig naamwoord

dealzheimerv/m

  1. (medisch) een degeneratieve aandoening van de hersenen waarbij de patiënt soms in snel tempo dementeert
     Beginnende Alzheimer? Maar dan stoppen ze me in een gesticht.[3]
  2. patiënt met de ziekte van Alzheimer
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord alzheimer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.