argeloosheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  argeloosheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ar·ge·loos·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord argeloosheid argeloosheden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deargeloosheidv

  1. het argeloos zijn, (de onschuld of eenvoud van iemand, die aan geen kwaad denkt, niets kwaads vermoedt)

Gangbaarheid

  • Het woord argeloosheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.