auteurschap

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  auteurschap    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • au·teur·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord auteurschap auteurschappen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetauteurschapo

  1. het maker zijn van een tekst of compositie
     Het is verschrikkelijk dat het enthousiasme dat hij altijd zo ontzettend goed kon overdragen - dat was ook de kracht van zijn auteurschap - altijd gepaard ging met depressie en manische perioden.[2]
     "Het ultieme bewijs voor het auteurschap zullen we wellicht nooit vinden, maar het heeft er alles van dat we met dit nieuwe onderzoeksspoor de dichter van het Wilhelmus op de hielen zitten", aldus de onderzoeker.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord auteurschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “'Hij heeft het niet makkelijk gehad'” (08-09-2015), NOS
  3. Weblink bron “Na eeuwen eindelijk bekend wie Wilhelmus schreef” (10-01-2017), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.