autogoal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  autogoal    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • au·to·goal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord autogoal autogoals
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deautogoalm

  1. (sport) doelpunt gemaakt door een speler van de eigen partij; eigen doelpunt

Gangbaarheid

  • Het woord autogoal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.