bandengen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bandengen    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • ban·den·gen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bandengen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debandengenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bandeng
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Chanidae  van vissen die tot de orde van zandvisachtigen (Gonorynchiformes ) behoren. Er is nog één levende soort bekend in deze familie, de bandeng (Chanos chanos ). De familie is de enige nog levende familie van de onderorde Chanoidei 
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)

Gangbaarheid

  • Het woord 'bandengen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.