bandera

Niet te verwarren met: Bandera, bandana

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bandera    (hulp, bestand)
  • IPA: /bɑnˈdera/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ban·de·ra
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bandera bandera's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

debanderam

  1. (Antillen) papieren vlaggetje zoals die voor Kerstmis worden verkocht, met daarop een spottende liedtekst die bij dansfeesten rond Kerst en Nieuwjaaar wordt gezongen
    • Een bandera (vlag) bestaat uit een stukje gekleurd papier van ± 12 × 7 cm waarop een tekst, meestal een vinnige satire op een stuk wit papier gedrukt, geplakt is. De "bandera", meestal geel, oranje of groen gekleurd, werd op een stengel van ± 18 cm vastgemaakt, zodat het geheel een soort vlaggetje voorstelt. [1]
  2. vlag van een land waar Spaans of een door het Spaans beïnvloede taal wordt gesproken
    • De geruite regenboogvlag huipala zou naast de nationale bandera moeten wapperen. [2]
    • Tot slot, na al deze ellende, een echt Mexicaans recept in de kleuren van de "bandera": neem een borrelglas tequila, een borrelglas citroensap en een borrelglas sterk gekruid tomatensap: groen wit rood, van elk glas om de beurt een slokje, het schijnt patriottische sentimenten aan te wakkeren. [3]

Gangbaarheid

  • Het woord bandera staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
58 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Frans

Werkwoord

vervoeging van
bander

bandera

  1. derde persoon enkelvoud onvoltooid toekomende tijd (futur simple) van bander

Spaans

enkelvoud meervoud
bandera banderas

Zelfstandig naamwoord

bandera v

  1. vlag

Papiaments

enkelvoud of
impliciet meervoud
expliciet meervoud
  bandera     banderanan  

Zelfstandig naamwoord

bandera

  1. vlag
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.