batch

Niet te verwarren met: badge

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  batch    (hulp, bestand)
  • IPA: /bɛtʃ/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • batch
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘groep gegevens die in één keer wordt verwerkt’ voor het eerst aangetroffen in 1976 [1]
  • uit het Engels [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord batch batches
verkleinwoord batchje batchjes

Zelfstandig naamwoord

debatchm

  1. (informatica) een groep gegevens die in één onafgebroken proces wordt verwerkt
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord batch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
74 %van de Nederlanders;
70 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.