begapen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  begapen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·ga·pen
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van gapen met het voorvoegsel be-

Werkwoord

begapen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
begapen
begaapte
begaapt
zwak -t volledig
  1. bekijken, aanschouwen
    • De wonden van de vreselijke slachtpartij in Waterloo zijn geheeld, neem ik aan, want we spelen de veldslag tegenwoordig al vrolijk na met ongeveer 1.200 namaaksoldaten, 75 paarden en 12 kanonnen zonder ballen. De tijd heeft de wonden geheeld en we gaan het bloedbad nu jaarlijks gaan begapen à vijf euro toegangsprijs. [2] 
    • Zijn Faust was een artiest, die men meer kwam begapen naarmate hij zich dierlijker ging gedragen. [3] 
    • Voor het brede publiek is de enige kans om sterren te begapen, hun aankomst op de trappen van het festivalpaleis bij de galavoorstellingen. Vooral Sharon Stone, dit jaar lid van de jury, maakt daar haast dagelijks een veelgesmaakte show van door de meest glamoureuze poses aan te nemen. [4] 

Gangbaarheid

  • Het woord begapen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
47 %van de Nederlanders;
86 %van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.