bemiddeld

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bemiddeld    (hulp, bestand)
  • IPA: /bə'mɪdəlt/
Woordafbreking
  • be·mid·deld
Woordherkomst en -opbouw
  • bn: pseudodeelwoord afgeleid van  middel zn  met het omvoegsel be- -d, van Duits bemittelt; in de betekenis van ‘welgesteld’ voor het eerst aangetroffen in 1763 (zie vindplaats hieronder) [1][2]
  • ww: vervoeging van bemiddelen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel [3]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen bemiddeldbemiddelderbemiddeldst
verbogen bemiddeldebemiddelderebemiddeldste
partitief bemiddeldsbemiddelders-

Bijvoeglijk naamwoord

bemiddeld

  1. voldoende geldmiddelen hebbend om ruim te kunnen leven
    • Hij is een oude doch bemiddelde man. 
    • De Eygenaar der gemelde Moolen, die een wel bemiddeld Man geweest is, en eene Vrouw met drie Kinderen had, wierd terwyl zyn Knegt met den Moolenwagen zig in 't na by gelegen Dorp begeven had, om derwaards Meel te brengen, van een sterke Bende Rovers overvallen, welke hem, benevens zyne Vrouw en Kinderen, in stukken kapten, alle de Hoofden afsneden, en die vervolgens op een rye van de in de Kamer zig bevindende tafel plaatsten, dog de Lyken lieten zy op den grond leggen. [4]
Synoniemen
Antoniemen

Werkwoord

vervoeging van: bemiddelen…
verbogen vorm: bemiddelde

bemiddeld

  1. voltooid deelwoord van bemiddelen
     Ze hadden bemiddeld tussen de politieleiding in Stockholm en de vertegenwoordigers van de VNBG, de Verenigde Nationaal Bevrijdingsfront Groepen.[5]

Gangbaarheid

  • Het woord bemiddeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[6]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.