bereider

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bereider    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·rei·der
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van bereiden met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord bereider bereiders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debereiderm

  1. iemand die iets bereidt
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord bereider staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.