beschouwing

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beschouwing    (hulp, bestand)
  • IPA: /bəˈsxɑuwɪŋ/ (3 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /bə.ˈsχʌʊ̯.β̞ɪŋ/
    • (Vlaanderen, Brabant): /bə.ˈsxɔʊ̯.β̞ɪŋ/
    • (Limburg): /bə.ˈsxaʊ̯.wɪŋ/
Woordafbreking
  • be·schou·wing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beschouwing beschouwingen
verkleinwoord beschouwinkje beschouwinkjes

Zelfstandig naamwoord

debeschouwingv

  1. meer dan oppervlakkige aandacht
    • Bij nadere beschouwing bleek dit toch niet te kloppen. 
     Waar het in het advies aan ontbreekt, is een inhoudelijke beschouwing ten aanzien van ouderen, hun zorgvraag alsmede de zorgverlening. ‘Betaalbaarheid’ en ‘organiseerbaarheid’ zijn de uitgangspunten.[3]
  2. zorvuldige bespreking of beschrijving
    • Hij hield een lange beschouwing over het nut van woordenboeken. 
Synoniemen
Typische woordcombinaties
  • [1] buiten beschouwing laten
    geen rekening houden met, niet praten over
 Hij sprak over zijn jeugd maar liet familie buiten beschouwing. 
 Hoe het kwam dat de hotelgast in een dergelijke toestand verkeerde, liet Diomedes buiten beschouwing.[4]
  • [1] in beschouwing nemen
    uitdrukkelijk rekening houden met
 Je moet bij een plan ook de financiële gevolgen in beschouwing nemen. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord beschouwing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.