bestuderen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bestuderen    (hulp, bestand)
  • IPA: /bəstyˈderə(n)/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • be·stu·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bestuderen
bestudeerde
bestudeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

bestuderen

  1. overgankelijk je er grondig in verdiepen
    • Gelovigen van de heilzame invloed van marktwerking wordt aangeraden de prestaties van de Nederlandse Spoorwegen te bestuderen nadat die waren geprivatiseerd 
     Maandenlang had ik alle specificaties van tenten bestudeerd: gewicht, ruimte, kosten, duurzaamheid, dubbelwandig, enkelwandig, vrijstaand, camouflagemotief, cuben fiber en nylon.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bestuderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.