betreffen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  betreffen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·tref·fen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
betreffen
betrof
betroffen
klasse 3 volledig

Werkwoord

betreffen

  1. overgankelijk gaan over, als onderwerp hebben
    • Het stuk betreft de resultaten van het afgelopen jaar. 
     Dat dit een eenmalig bezoek betrof, stond bij haar vast.[1]
  2. overgankelijk invloed hebben op, van belang zijn voor, aangaan
    • Dit bericht betreft jullie allemaal. 
  3. overgankelijk ziek maken
    • De jonge hondjes kunnen daardoor al na twee maanden betroffen worden. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord betreffen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.