bijdehand

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijdehand    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bij·de·hand
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen bijdehandbijdehanterbijdehandst
verbogen bijdehantebijdehanterebijdehandste
partitief bijdehandsbijdehanters-

Bijvoeglijk naamwoord

bijdehand

  1. snel en gevat van reactie
    • Het bijdehante meisje haalde allemaal goede punten voor haar proefwerken. 
     Ik ben slechts een gesjeesde studente kunstgeschiedenis die precies op het verkeerde moment de bijdehante psychologe uit wil hangen.[2]
  2. brutaal
    • De bijdehante jongen had zijn weerwoord gelijk klaar. 

Bijwoord

bijdehand

  1. snel en gevat van reactie
     'Maar meen je nou echt dat het daar mooier was dan hier?' probeerde hij zo zonder al te bijdehand over te komen.[2]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bijdehand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.