bijeneters

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijeneters    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bij·en·eters
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bijeneters
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debijenetersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord bijeneter
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (scharrelaarvogels) Meropidae  familie van vogels uit de orde scharrelaarvogels. De familie telt 26 soorten verdeeld over drie geslachten
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)

Gangbaarheid

  • Het woord bijeneters staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.