binsenastrild

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  binsenastrild    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bin·sen·as·trild
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord binsenastrild binsenastrilden
verkleinwoord binsenastrildje binsenastrildjes

Zelfstandig naamwoord

binsenastrild

  1. (zangvogels) Bathilda ruficauda  een klein, door zijn afwijkend gekleurde kopje opvallend, vogeltje behorend tot de familie van de prachtvinken (Estrildidae ). De herkomst is Noord- en Noordoost-Australië. De vogel wordt wel als huisdier gehouden
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'binsenastrild' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.