blås

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / blɔs /
Woordafbreking
  • blås
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van het Noorse werkwoord  blåse zn 
Naar frequentie 2078
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   blås     blåsen     blåser     blåsene  
genitief   blås'     blåsens     blåsers     blåsenes  

Zelfstandig naamwoord

blås, m

  1. rook, tabaksrook
Synoniemen
  •  røyk zn 
  •  tobakksrøyk zn 
Uitdrukkingen en gezegden
  • ta seg en blås
roken


Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / blɔs /
Woordafbreking
  • blås
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van het Nynorske werkwoord  blåse zn 
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   blås     blåsen     blåsar     blåsane  

Zelfstandig naamwoord

blås, m

  1. een vleugje van rook
  2. rook, tabaksrook
Synoniemen
  • [1]:  blåster zn 
  • [2]:  røykgufs zn 
  • [3]:  røyk zn 
  • [3]:  tobakksrøyk zn 
Uitdrukkingen en gezegden
  • ta seg ein blås
roken
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.