blauwharig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blauwharig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blauw·ha·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen blauwharigblauwharigerblauwharigst
verbogen blauwharigeblauwharigereblauwharigste
partitief blauwharigsblauwharigers-

Bijvoeglijk naamwoord

blauwharig

  1. blauwe haren hebbend
    • Ik heb een blauwharige knuffel voor mijn kind gekocht. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'blauwharig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.